Een lofzang op een klein brokje dynamiet, bij gelegenheid van het feest van Franciscus van Assisi op 4 oktober.
Vloekie temidden van herstbladeren |
Veruit het grootste deel van zijn leven heeft Vloekie geen
baasje gehad en zelfstandig zijn kostje bijeen moeten scharrelen
en is dus nauwelijks opgevoed. Bovendien, zo meldt de website van
zijn rasvereniging, is een dergelijke épagneul niet zo gemakkelijk te trainen
en geldt hij als ‘een eigenwijs brokje dynamiet’. Zijn naam duidt bij nader
inzien dus eigenlijk niet alleen op zijn eigen lot, maar ook op dat van zijn nieuwe
baasje, wiens tolerantiegrenzen door dit creatuurtje wel erg worden opgerekt.
Alleen thuis zijn kan hij niet. Dan trekt hij de vitrage aan
flarden, haalt hij de wasmand leeg met destructieve doeleinden, stort zich op
rondslingerende kledingstukken en verscheurt kranten voordat je ze hebt kunnen
lezen. Als een ware Houdini weet hij uit zijn inmiddels aangeschafte bench te
ontsnappen en staat als je thuiskomt temidden van de aangerichte chaos clowns
acts op te voeren voor de ramen. Het liefst draaft hij mee naast de fiets,
waarbij hij zo hard aan de riem trekt - de ooit overwogen koop van een
snorfiets is met de komst van Vloekie volstrekt overbodig geworden -, dat hij
zichzelf bijna wurgt en er – schijnbaar getroffen door een hartaanval – bij
neervalt en overgegaan moest worden tot de aanschaf van een tuigje dat zijn
hals vrijlaat, maar vervolgens tengevolge van een gebrek aan voldoende
achtzaamheid van de zijde van de baas werd stukgebeten.
De Vloekepoek thuis |
Enkele landen zijn inmiddels enigszins met hem te bezeilen. Aan
de lange lijn luistert hij tegenwoordig soms zelfs wanneer hij wordt geroepen.
Maar als hij eenmaal is losgeraakt - wat hem als boeienkoning en begiftigd met
een enorm jachtinstinct, dat zich zelfs uitstrekt tot duiven en merels, natuurlijk
vroeger of later altijd weer lukt -, is het raadzaam een thermoskan bij je te
hebben. Los van de lijn volgt hij zijn baasje als deze zich van hem verwijdert,
maar op de gepaste afstand van enkele honderden meters en zonder enig besef van
het gevaar van het verkeer, zodat men in dat geval steeds als een soort
klaar-over voor hem uit dient te gaan om alle in het verschiet gelegen
kruisingen te bewaken.
Kortom, Vloekie is verschrikkelijk. Maar even
verschrikkelijk raakt men gehecht aan zijn enthousiame, zijn aanhankelijkheid
en zijn kopjes. God heeft zich ook niet vergist in het geval van zijn schepping
van dit creatuur, deze chien maudit,
waarvan ik merk dat ik hem inmiddels liefkozend aanduid als ‘de Vloekepoek’.
Artikel verschenen in het kader van Dierendag 2011 in Katholiek Nieuwsblad
Geen opmerkingen:
Een reactie posten