Dagblad Trouw publiceerde een lofzang op de
nieuwe arbeidsongeschiktheidswetgeving, maar repte daarbij over de
negatieve gevolgen met geen woord. Dat is volgens Louis van Overbeek
niet vreemd: de betrokken redactrice werkt ook voor de overheid.
‘Hoernalistiek’
is een flauwe woordspeling van W.F. Hermans. Maar wel een waaraan ik
onwillekeurig moest denken toen ik onlangs in Trouw de lofzang op de
nieuwe arbeidsongeschiktheidswetgeving van Esther Lammers onder ogen
kreeg.
In dit stuk kon men lezen dat het aantal mensen dat
volledig arbeidsongeschikt is verklaard sinds de invoering van de nieuwe
wet van ex-minister De Geus met 96 procent is gedaald.
In
plaats van dit gegeven te beschouwen als bewijs van de definitieve
afschaffing van elke serieuze arbeidsongeschiktheidsregeling in
Nederland, heft deze Trouw-redacteur een gejuich aan over de verdiensten
van de ex-minister waarbij zij superlatieven tekortkomt. Over de
negatieve gevolgen van de nieuwe wetgeving, de financiële en sociale
rampspoed onder de betrokkenen, geen woord. Nieuwsgierig geworden door
zoveel ongenuanceerdheid ben ik eens nagegaan of ik iets meer over de
verantwoordelijke journalist aan de weet kon komen.
Bijbeunende journalisten
Wat
ik aantrof was wat te vrezen viel: Lammers blijkt ook te werken voor de
overheid. Zo heeft ze in 2005 meegeschreven aan het in opdracht van het
toenmalige kabinet vervaardigde rapport van de
commissie-Wolffensperger. Samen met hoofdredacteur Laroes van het
NOS-Journaal, de klaarblijkelijk ook zelf bijklussende baas van een
grote schare bijbeunende journalisten (men herinnert zich het onderzoek
van KRO’s Reporter uit 2004, waaruit bleek dat vrijwel alle medewerkers
van het NOS-Journaal in de loonadministratie van een ministerie
voorkwamen). Het rapport-Wolffensperger doet aanbevelingen ter
verbetering van de ‘communicatie’ tussen overheid en burger en geeft het
kabinet de voor journalisten wonderlijke raad de burger rechtstreeks te
informeren, zonder tussenkomst van onafhankelijke media.
Pure propaganda
Geconfronteerd
met dit gebrek aan onafhankelijkheid van zijn medewerker maakt
hoofdredacteur Schoonen van Trouw er, in navolging van Hans Laroes na de
Reporter-onthulling, vooral een procedurele kwestie van:
‘nevenactiviteiten worden door redacteuren aan de hoofdredactie gemeld,
die daarvoor toestemming moet geven’. Lammers brengt dus – met de zegen
van haar hoofdredacteur – in Trouw zelf ook in de praktijk wat ze de
regering in het rapport waaraan ze heeft meegeschreven, aanbeveelt: zie
bij het informeren van de bevolking af van onafhankelijke journalistiek,
richt je tot de burger met pure overheidspropaganda.
Omdat men
achteraf kennelijk vreest dat de belangenverstrengeling bij de krant
wel erg begint op te vallen, verschijnt kort na de publicatie van het
juichende Trouw-artikel gauw een halfslachtige nuancering van mevrouw
Lammers onder de titel ‘Opvolger van de WAO niet alleen een
succesverhaal’. Zo gemakkelijk krijgt men voor een journalistieke
doodzonde echter niet de absolutie.
Dit artikel verscheen eerder in het Katholiek Nieuwsblad van 31-08-07
Geen opmerkingen:
Een reactie posten