zaterdag 2 februari 2013

NRC maakt antisemitisme weer salonfähig


Verschenen in Katholiek Dagblad 10-5-2012

Tijdens de Dodenherdenking in het Achterhoekse Vorden gebeurde iets huiveringwekkends.
Vrijwel alle bezoekers van de herdenking liepen langs de zerken van de daar begraven nazi-soldaten en sommigen legden er zelfs bloemen, ondanks de ophef die over het voornemen hiertoe, vooral in Joodse kring, was ontstaan. Alleen de burgemeester liep niet langs de Duitse graven omdat hem dat, tot zijn grote woede, als gevolg van de uitspraak in een kort geding was verboden.Op regionale websites waarop over de gebeurtenis werd bericht, verschenen tal van antisemitische uitlatingen en op een begraafplaats in het eveneens Achterhoekse Winterswijk werd op diezelfde avond van de vierde mei een Joods graf bespuugd.

Nu staat de Achterhoek van oudsher bekend als een streek waar antisemitisme welig tiert. In dit geval zou men dus kunnen denken: 'Ach, het werk van een paar boerenkinkels uit een met krantenpapier dichtgeplakt gebied!' Al bleef het vreemd dat het gemeentebestuur en het Comité 4 mei in Vorden het initiatief tot deze bedenkelijke herdenking hadden genomen.

Wie op 7 mei echter NRC-Handelsblad op de opiniepagina opensloeg, ontdekte dat deze inschatting niet de juiste was. In een column van Ewoud Sanders met de onheilspellende kop 'Maak dodenherdenking geen Jodenherdenking' kon men vernemen dat ook de NRC bezig is nazi's te rehabiliteren en antisemitisme weer salonfähig te maken.

Sanders betoogt immers dat er sprake is van een 'toenemende monopolisering door Joodse splintergroeperingen van de dodenherdenking' die 'wrevel wekt' omdat deze zich 'respectloos en beschamend' gedragen en 'de dodenherdenking een nationale herdenking is, geen Jodenherdenking'. Nu heb ik, voor zover ik weet (anders dan – krankzinnigerwijs – de heer Sanders zelf), in het geheel geen Joodse wortels, en ben ik van ruim na de oorlog, maar ook mij - en bij mijn weten gelukkig nog tal van weldenkende niet-Joodse Nederlanders, waaronder bijvoorbeeld oorlogsverslaggever Arnold Karskens blijkens zijn (weblog)stukje 'Vorden capituleert'- doen dit soort herdenkingen van nazi-soldaten, zoals in Vorden, en Nederlandse Waffen-SS-ers, zoals men aanvankelijk op de Dam van plan was, de rillingen over het lijf lopen.

Is het failliet van het geschiedenisonderwijs in Nederland dan werkelijk zo groot dat zelfs kennelijke historici als Sanders blijkbaar niet meer weten dat met het nazi-regime het absolute kwaad aan de macht was gekomen? Is de kracht van het postmoderne relativisme nog steeds zo groot en wordt de relativerende aanpak uit de hedendaagse Nederlandse geschiedschrijving met betrekking tot 'goed' en 'fout' waar het de Nederlandse bevolking betreft, nu ook al - en zelfs bij de Nationale Dodenherdenking - toegepast op representanten van het verschrikkelijke nazi-regime? Wel bij Sanders, die immers naar aanleiding van deze gelegenheid betoogt dat de geschiedschrijving van de laatste decennia immers heeft geleerd 'dat de tweedeling tussen goed en fout veel te simplistisch is'.
Ik weet dat NRC-Handelsblad al jaren 'de nuance zoekt'. Maar met zoveel relativering en Umwertung aller Werte van een vaste medewerker van de krant begint de 'slijpsteen voor de geest' tot vulling voor de onderbuik te worden.

Louis van Overbeek is freelance publicist. Recentelijk maakte hij op deze website de 'kwestie Vorden' aanhangig, waarop een (inter)nationale rel ontstond. Een sterk verkorte versie van bovenstaande aanvullende opiniebijdrage over de 'affaire Vorden' verschijnt vandaag in NRC Handelsblad.

P.S. Na de eigenlijke voltooiing van dit stukje zie ik dat NRC-Handelsblad in het hoofdredactioneel commentaar van 9 mei nog duidelijker partij kiest. Hierin wordt de vraag opgeworpen of de rechter die in kort geding het herdenken van nazi-soldaten op 4 mei door het Vordense burgemeester verbood, zijn competentie niet heeft overschreden. Het commentaar gaat verder met beledigende kritiek op de motivering van het rechterlijke vonnis, waarvan het niveau niet zou uitsteken boven dat van de eerste de beste ingezonden krantenbrief. Ook allerlei rechtsgeleerden bemoeien zich er inmiddels mee. Op deze wijze wordt een poging gedaan van de kwestie een juridische zaak te maken, terwijl het toch vooral een morele kwestie is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten