donderdag 31 januari 2013

Een niet vertoonde film






Rechts het origineel, links de tweetalige affiche van 'Ich klage an' voor de Belgische versie: 'Heeft een man het recht te dooden uit deernis en liefde?'











Het euthanasiepleidooi van de NVVE klonk zeventig jaar geleden ook al – in de propagandafilm 'Ich klage an'.
 
De euthanasiegekte die Nederland al tientallen jaren in haar greep houdt, heeft in februari, tegelijk met de Elfstedentochthysterie in de media, een nieuw hoogtepunt bereikt met de feestelijke viering van een decennium Nederlandse euthanasiewetgeving in de vorm van een ‘Week van de Euthanasie’. In deze week werd nog uitvoeriger dan altijd al het geval is, dat wil zeggen haast non-stop, op radio en televisie welwillende aandacht geschonken - tegenstanders werden, zoals gebruikelijk, vrijwel niet aan het woord gelaten - aan de nieuwste, steeds verdergaande, ontwikkelingen op dit gebied, zoals de ophanden zijnde opening van een zelfmoordkliniek voor doodsverlangers die op weigering tot medewerking van hun huisarts stuiten, en de introductie van ‘mobiele euthanasieteams’, die als een soort pizzakoeriers van Magere Hein de dood op bestelling aan huis bezorgen.

Hoewel men zou denken ‘dood zijn kun je nog lang genoeg’, lijken de Nederlanders zich als lemmingen en masse vrijwillig in de dood te willen storten en is de belangstelling voor het onderwerp in Nederland onverzadigbaar. Het zou me niet verbazen als op het hoofdkantoor van Albert Heijn wordt overwogen een nieuwe spaaractie te starten, zoals in tijden van Oranjegekte,  waarbij je, tegen inlevering van een vol boekje met zegels, een gratis zwarte pil krijgt om jezelf van kant te kunnen maken.

Onderdeel van de feestelijke jubileumviering vormde een door de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) gesponsord filmfestival - het eerste filmfestival ter wereld over euthanasie - onder de ludieke titel The End, waarin meer dan 30 films en documentaires over dit onderwerp uit binnen- en buitenland werden vertoond.

Begrijpelijk - de NVVE wil natuurlijk niet geassocieerd worden met deze voorlopers - maar niettemin een hiaat, was het feit dat nu juist de meest bekende euthanasiefilm uit de geschiedenis, de in 1941 vervaardigde, technisch zeer knappe, nazi-propagandafilm Ich klage an, in het overzicht ontbrak.

In 1994 werd deze film - die je tegenwoordig gewoon kunt downloaden via het internet, maar nog in 2001 door de Duitse overheid werd verboden wegens haar overtuigende, maar gevaarlijk inhoud - door het Nederlands Filmmuseum in Amsterdam opnieuw vertoond. Een journalist van het Leidsch Dagblad vond de film toen ‘bijzonder eigentijds’. En dat is hij nog steeds. De in de film gevolgde argumentatie is vrijwel identiek aan die van de NVVE en de gemiddelde ontvoogde, van alle taboes bevrijde Nederlander: de ethiek van het vijfde gebod en de eed van Hippocrates is achterhaald. De ongeneeslijk zieke mens heeft recht op een humane, zelfgekozen dood en hetzelfde geldt voor wilsonbekwamen die uitzichtloos lijden.

De melodramatische film toont, in sterbezetting, het verhaal van de mooie, levenslustige en intelligente vrouw van een briljante arts, die multiple sclerose krijgt, steeds verder verlamd raakt en haar man, die aanvankelijk koortsachtig zoekt naar een nieuw middel om haar te genezen maar daarin faalt, overhaalt haar te doden als haar toestand nog verder verslechtert. Uiteindelijk stemt hij in met haar verzoek en als hij voor de rechtbank moet verschijnen op aanklacht van moord draait hij de tegen hem gerichte aanklacht om (vandaar ook de titel): híj klaagt de achterhaalde wet aan die het artsen verbiedt uitzichtlopze patiënten een zelfgekozen dood te laten sterven en wordt daarmee in de film tot held van een nieuwe ethiek. Het verhaal wordt verweven met een pleidooi voor het laten sterven van een geestelijk gehandicapt meisje, in plaats van het te behandelen.

Ich klage an is een van de meest geraffineerde propagandafilms die de nazi’s ooit vervaardigd hebben, juist doordat het progaganda-element - in overeenstemming met de opvattingen hierover van minister Goebbels - hierin zo goed is verhuld. Er komen nauwelijks nazisymbolen voor in de film, die een echte tear jerker vormt, en de boodschap is ‘ingebed in een schijnbaar wetenschappelijk-juridische, maar ook ethische discussie’ over de problematiek van de actieve euthanasie. Doel van de film was de legitimatie van het elimineren van geesteszieken door de nazi-autoriteiten en het rijp maken van de geesten voor een wetswijziging.

Anders dan in het huidige Nederland is in nazi-Duitsland euthanasie namelijk nooit wettelijk toegestaan geweest. De Führer heeft persoonlijk bevelen tot euthanasie gegeven, maar pogingen om te komen tot een Sterbehilfegesetz zijn gestopt uit angst voor verzet uit (toen nog gezaghebbende) kerkelijke kringen. Op een euthanasiewet, waarvan we het jubileum dus onlangs feestelijk hebben gevierd, hebben de nazi’s moeten wachten tot het Nederland van 2002. 


Dit artikel werd eerder gepubliceerd in het Katholiek Nieuwsblad op 24-2-2012

Geen opmerkingen:

Een reactie posten