woensdag 15 februari 2017

Programma Wilders: een vorm van nationaal-socialisme



Het idee dat de PVV-mix van nationalistische, rechtse, en sociaal progressieve, linkse, elementen nieuw is, is onjuist.



De PVV van Geert Wilders, die in de peilingen al tijden de grootste politieke partij is van Nederland, wordt algemeen beschouwd als een extreemrechtse, populistische beweging. Niettemin heeft Wilders op sociaal-economisch terrein een aantal punten aan zijn verkiezingsprogramma toegevoegd die vooral bedoeld lijken om ook traditioneel links stemmende kiezers te verleiden, en die VVD-premier Rutte tot de uitspraak brachten - uiteraard bestemd om de rechtse kiezer met bangmakerij naar zijn eigen partij te lokken - dat de PVV nog linkser is dan de SP van Emile Roemer.

De programmapunten waarom het hier gaat zijn: eigen risico in de zorg afschaffen; huren omlaag; AOW-leeftijd terug naar 65, aanvullende pensioenen indexeren; terugdraaien bezuinigingen op thuiszorg en ouderenzorg, meer handen aan het bed.
Wilders is dus in deze neoliberale tijden deels voor het behoud van de verzorgingsstaat. Echter niet waar het gaat om uitkeringsgerechtigden: die pakt hij graag hard aan.

Afgezien van bovengenoemde punten is het een en al nationalisme en law and order wat de klok slaat bij Wilders (weg met de moslims, de asielzoekers, de EU en de ontwikkelingslanden; eigen volk eerst; meer geld voor defensie en politie).

Vaak doet men het voorkomen alsof deze mix van nationalistische rechtse en sociaal economisch linkse elementen binnen één partijprogramma iets nieuws is. Degenen die dat doen, ontbreekt het echter aan historisch besef. In de jaren dertig van de vorige eeuw - de parallellen tussen toen en nu blijven zich opdringen - ontwikkelde zich in Duitsland een electoraal uiterst succesvolle beweging die precies dezelfde mengeling van nationalistische en sociaal vooruitstrevende elementen kende: het nationaal-socialisme, de naam zegt het al.

De Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP) koppelde haar extreem nationalistische, extreem rechtse en racistische denkbeelden aan het streven naar een (nationaal-socialistische) verzorgingsstaat, waarin een sterke terugdringing van de werkloosheid gepaard ging met maatschappelijke hulpverlening, medische zorg, en armen- en werklozenzorg, tenminste voor het ‘gezonde volk’ (d.w.z. niet voor geestelijk gehandicapten, Joden, alcoholisten, ‘asocialen’, etc., met wie men andere plannen had). De nationaal-socialisten wisten hun verzorgingsstaat gedurende de hele oorlog te handhaven. Pas in 1945 sloeg de ontbering als gevolg van de oorlogvoering alsnog hard toe.[i]

Zowel Wilders als zijn voorganger zagen aanvankelijk helemaal niets in sociale maatregelen. Wilders vond zelfs dat de VVD, waar hij uit voortkomt, een ruk naar rechts moest maken. Ook Hitler had zich altijd verzet tegen - immers per definitie niet nationaal, maar juist internationaal georiënteerde - socialistische ideeën, maar moest erkennen dat het socialisme in zijn tijd een populaire stroming was, en dat opneming van elementen daaruit in zijn eigen programma het aantal stemmers op hem zou vergroten.

Of onze tijd vergeleken kan worden met de jaren dertig van de vorige eeuw blijft, ondanks een aantal frappante overeenkomsten, een punt van discussie. De conclusie evenwel dat het programma van Wilders, en hetzelfde geldt voor dat van het Front National in Frankrijk, een vorm van nationaal-socialisme is, lijkt mij nauwelijks betwistbaar.



Update

Enkele dagen na het schrijven van bovenstaand stukje lees ik in NRC -Handelsblad (18-2-17) de volgende opmerkelijke uitspraak in een interview met Jan Roos, lijsttrekker van VNL:

 „Het vermoeiende is dat veel journalisten vastzitten in hun eigen denkpatroon. Omdat ze vaak links zijn en Wilders een verschrikkelijke vent vinden, zeggen ze: ‘Hij is extreemrechts’. Dat is vrij dom. Wij zijn rechts-liberaal en Wilders is... hoe kan ik dat netjes zeggen zonder het woord nationaal-socialisme te gebruiken? Hij is nationalistisch en socialistisch in één.”




[i]  Zie bijvoorbeeld Antoine Verbij, ‘De nationaal-socialistische verzorgingsstaat’, in Historisch Nieuwsblad 4/2007; https://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/6915/de-nationaal-socialistische-verzorgingsstaat.html  en  - hoewel dit blog er altijd op uit is alles wat links is te bashen - Jan Galentaan, ‘Het half vergeten socialisme van Hitler’, in: De Dagelijkse Standaard 27-11-2014;  http://www.dagelijksestandaard.nl/2014/11/het-half-vergeten-socialisme-van-hitler

vrijdag 3 februari 2017

Zutphen en Lochem opnieuw in zee met Overijsselse Bul Super




De omstreden ‘superondernemer’ Hennie van de Most, bekend van zijn pretparkenimperium en zijn vermogen veel geld te verdienen met de meest onwaarschijnlijk projecten - bijvoorbeeld het ombouwen van een kerncentrale tot een drukbezocht pretpark en het verhuren van een leegstaand vakantiepark aan het COA voor de huisvesting van asielzoekers -, heeft met ingang van 1 januari 2017 een samenwerkingsverband verlengd dat hij vorig jaar is aangegaan met de gemeenten Zutphen en Lochem.

Dit samenwerkingsverband houdt in dat Van der Most in zijn ‘werkatelier’, een werkruimte gevestigd in een voormalige kazerne in het plaatsje Eefde bij Zutphen (niet ver van de kapitale villa van Van der Most in Gorssel), een bont gezelschap van bijstandsgerechtigden, taakgestraften, ex-verslaafden en - opnieuw - asielzoekers, zonder loon (‘met behoud van uitkering’) laat werken* aan onderdelen voor zijn nieuwste pretpark dat waarschijnlijk volgend jaar zijn deuren zal openen: Speelstad Rotterdam. Hier kunnen kinderen en hun ouders - uiteraard in het bezit van een (betaald) toegangskaartje - zich met allerlei attracties amuseren op het terrein van een voormalige vuilverbrandingsoven in Rotterdam.

De onbetaalde arbeidskrachten worden aangeleverd door de gemeenten Zutphen en Lochem, die op het gebied van sociale zekerheid een gezamenlijk, op afstand geplaatst - en dus door de respectieve gemeenteraden moeilijk te controleren - uitvoeringsorgaan beheren onder de naam Het Plein.

In het ‘werkatelier’ van Van der Most kunnen, aldus beide gemeenten, ‘mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt werkervaring opdoen’. Dat het hier gaat om productiewerk ten behoeve van een commercieel bedrijf, waarvan de eigenaar normaliter betaalde werknemers zou moeten inschakelen, en hier dus sprake is van met de Participatiewet strijdige verdringing, is volgens de gemeenten een subjectieve mening die zij niet delen. Evenmin als de constatering dat de arbeidskrachten onder druk worden gezet om dit onbetaalde en geestdodende werk te verrichten en dat zulks in strijd is met artikel 4 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).

En dan zwijg ik nog over de gezondheidsrisico’s van een vooral op jonge kinderen gericht pretpark op de locatie van een voormalige vuilverbrandingsoven. Dat is de verantwoordelijk van de gemeente Rotterdam, die Van der Most - die overigens in lokale media wordt afgeschilderd als een weldoener - inmiddels toestemming heeft verleend voor deze zoveelste uitbreiding van zijn absurdistische pretparkenimperium.


* Hiermee realiseert Van der Most een oude droom, waarover wij al eens eerder een stukje hebben geschreven: https://www.indymedia.nl/nl/2011/03/74276.shtml

woensdag 16 november 2016

PvdA op weg naar de verkiezingen: dwangarbeid in bijstand moet en zal




PvdA-staatssecretaris Jetta Klijnsma wil gemeenten in strijd met haar eigen Participatiewet pressen bijstandsontvangers te verplichten tot gedwongen tewerkstelling. De weinige Nederlandse gemeenten die dat niet doen gaat juf Jetta nu bestraffen.

Gemeenten die bijstandsgerechtigden geen ‘tegenprestatie’ (een eufemisme voor ‘dwangarbeid’) opleggen, worden binnenkort door PvdA-staatssecretaris Jetta Klijnsma daarvoor bestraft, zo meldde NRC-Handelsblad gisteren (15-11-16). Deze gemeenten zal door Klijnsma niet worden toegestaan deel te nemen aan een experiment, waarbij de steeds verder aangescherpte regels rond de bijstand op een bepaald punt iets worden versoepeld.

Al eerder heeft Klijnsma de weinige gemeenten die de ‘tegenprestatie’ niet verplicht stelden (bijvoorbeeld Amsterdam en Arnhem) in strijd met haar eigen Participatiewet opgedragen hun bijstandsontvangers wel tot gedwongen tewerkstelling te verplichten.

Gemeenten zijn volgens de Participatiewet namelijk alleen verplicht om hun beleid inzake de tegenprestatie in een verordening vast te leggen. Dat betekent niet dat zij daarmee worden verplicht om van alle bijstandsgerechtigden een ‘tegenprestatie’ te vragen. In een eerdere versie van het wetsvoorstel was dit wel het geval.

Juridisch dienstverlener Schulinck meldde hierover eerder: “Per 1 januari 2015 krijgt de gemeenteraad de verplichting om bij verordening regels te stellen over het opdragen van een tegenprestatie aan bijstandsgerechtigden. In het oorspronkelijke wetsvoorstel Wet maatregelen WWB was het opdragen van een tegenprestatie als een verplichting opgenomen. Daarop is veel kritiek gekomen: gemeenten zouden hierdoor minder beleidsvrijheid hebben. In de eerste Nota van wijziging op het wetsvoorstel heeft staatssecretaris Klijnsma de verplichting gewijzigd: gemeenten moeten beleid ontwikkelen over het verrichten van een tegenprestatie. De verordeningsplicht is gebleven. Ondanks dat de tegenprestatie niet meer als verplichting in het wetsvoorstel is neergelegd, voorzie ik nog steeds onduidelijkheden voor de uitvoeringspraktijk.”

Dat de allerstrengste bijstandswet die we in Nederland ooit hebben gekend, en die op het punt van gedwongen tewerkstelling zelfs in strijd is met internationale mensenrechtenverdragen, is ingediend door een staatssecretaris van de PvdA, die hem bij de praktische uitvoering dan ook nog strenger wil uitleggen dan op grond van de wetstekst zelf mogelijk is om coalitiepartner VVD in de nadagen van die coalitie nog zoveel mogelijk stroop om de mond te smeren, zegt wel iets over de mate waarin deze PvdA haar ‘ideologisch veren heeft afgeschud’. Deze sociaal-democraten zijn zo kaal als een doodzieke papagaai.  De sociaal-economisch allerzwaksten in de samenleving drukt ze nog wat verder in de modder van vernederende en geestdodende dwangarbeid. Daar helpt geen lieve Lodewijk Ascher meer aan.

Die trouwens als Minister van Sociale Zaken de baas van Klijnsma is.

vrijdag 11 november 2016

Nu al stemmen voor afzettingsprocedure Donald Trump


Nog geen twee dagen na de verbijsterende uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezing van 2016 met hun ongelooflijke keuze voor de dubieuze vastgoedmagnaat Donald Trump als winnaar, wordt er, behalve dat er in de hele natie felle protesten tegen Trump als president zijn, in de VS al gesproken over de mogelijkheid om een impeachment-procedure op te starten tegen hem, d.w.z. hem in staat van beschuldiging te stellen om zo tot afzetting te kunnen besluiten.

In het Britse online nieuwsblad Independent betoogt hoogleraar rechtswetenschappen Christopher Peterson, dat Trump al binnen enkele weken kan worden afgezet vanwege frauduleuze handelingen rond de door de president elect opgerichte Trump University.

http://www.independent.co.uk/news/world/americas/us-elections/donald-trump-impeached-could-he-be-can-us-president-election-stop-a7410756.html


Politico, het magazine van de gelijknamige Amerikaanse politiek-journalistieke organisatie, berichtte zelfs al in april uitvoerig over de mogelijkheid de Republikein Trump af te zetten mocht hij ooit tot president gekozen worden. Juridische gronden voor een inbeschuldigingstelling lijken er in het verleden van de miljardair immers voldoende te vinden. Zou de mensheid dan toch nog voor de ramp van dit presidentschap, dat de hele wereldorde dreigt te verstoren, behoed kunnen worden?


http://www.politico.com/magazine/story/2016/04/donald-trump-2016-impeachment-213817

 


woensdag 19 oktober 2016

"Voltooid leven': wordt de neoliberale beker tot op de bodem geleegd?



De Nederlandse overheid vindt ouderenzorg te duur, breekt die resoluut af en propageert euthanasie voor deze bevolkingsgroep als ultieme vorm van waardige zelfbeschikking.


Hersenwetenschapper Victor Lamme stelde begin dit jaar dat de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) technieken uit de marketing gebruikt om de gekozen dood aan de man te brengen (Pas op! Sluikreclame voor euthanasie, NRC-Handelsblad 26-2-16).[1] Hoe goed zij hierin inmiddels is geslaagd, bleek onlangs uit de algehele verontwaardiging toen dochter Lilian van Jan Marijnissen de vraag opwierp of er geen verband bestaat tussen de bezuinigingen in de ouderenzorg, waardoor veel ouderen depressief en eenzaam zijn geworden, en het kabinetsplan voor stervenshulp bij een ‘voltooid leven’. Een verband dat ik overigens scherper dan in de Nederlandse pers en media heb zien formuleren in een opiniestuk, dat echter wel een aantal erg boude beweringen bevat, van de in Nederland woonachtige, maar in het Engels publicerende columniste Flavia Dzodan op de in Los Angeles gevestigde website Medium.com.: Euthanasia as a Dutch  neoliberal success story.[2]

Euthanasiemarketing in een samenleving die al decennia gedomineerd wordt door de ideologie van het neoliberalisme, waarin de markt centraal staat, alles gericht is op economische groei tegen elke prijs en verhoging van de arbeidsproductiviteit, vormt echter een ernstige bedreiging voor het recht op leven (het meest fundamentele van alle grondrechten) voor - veelal niet meer werkzame en dus improductieve, en door ouderdomskwalen vaak ook nog eens medische kosten veroorzakende - senioren. Die dan, evenals de rest van de bevolking, ook al decennialang worden blootgesteld aan een vrijwel onophoudelijke propaganda voor euthanasie.

Voorstanders van stervenshulp bij een ‘voltooid leven’- en van euthanasie in het algemeen - beroepen zich op het zelfbeschikkingsrecht, dat in de liberale optiek boven elk ander recht gaat. Veel ouderen vinden toch uit eigen vrije wil hun leven voltooid, luidt de steevaste tegenwerping van de voorstanders van het plan voor een nog vrijere euthanasiewetgeving als zij geconfronteerd worden met verzet.

Nog afgezien echter van het feit dat in de Nederlandse context de interpretatie van het zelfbeschikkingsrecht - dat hier vaak in verband wordt gebracht met artikel 11 van de Grondwet[3] - als een recht op euthanasie discutabel is,[4] en van het feit dat in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) artikel 2 waarin het recht op leven is vastgelegd, boven alle andere artikelen prevaleert, en dus ook boven die waarin het zelfbeschikkingsrecht wordt geregeld (zie bijvoorbeeld de uitspraak van het Straatsburgse Hof in de zaak Pretty versus Verenigd Koninkrijk): hoe autonoom zijn ouderen die door decennia van onophoudelijk bezuinigingsbeleid in zulke ellendige omstandigheden zijn komen te verkeren,[5] dat zij in hun wanhoop alles zouden doen om daaraan te ontkomen, en die bovendien, zoals gezegd, voortdurend bestookt worden met euthanasiepropaganda?

In zijn aan het begin van dit stukje genoemde artikel van Victor Lamme laat deze glashelder zien hoe mensen zich door de marketing van de NVVE, een mix van emoties en sociale druk, kunnen laten verleiden tot een ogenschijnlijk vrij, maar in werkelijkheid wezensvreemd besluit.

Geplaatst in het kader van de neoliberale ideologie, waardoor onze samenleving al jarenlang wordt beheerst, en die gekenmerkt wordt door eindeloze bezuinigingen, de afbraak van de sociale zekerheid, de verhoging van de pensioenleeftijd in combinatie met de verlaging van de pensioenen, het bestraffen van ziek zijn door invoering van een verplicht ‘eigen risico’ bij de zorgverzekering, de gedwongen tewerkstelling van werklozen, enzovoort, enzovoort, kan het plan van ‘een voltooid leven’ bijna niet anders worden gezien dan als het sluitstuk van een bijna voltooide neoliberale revolutie, dat in de propaganda wordt afgeschilderd in pasteltinten en verkocht als enerzijds een vorm van barmhartigheid van de overheid en anderzijds een daad van fiere zelfbeschikking van de suïcidale oudere. Hier wordt ondanks de zware historische beladenheid hiervan de dood dus gepresenteerd als oplossing voor een vermeend probleem bij een bepaalde bevolkingsgroep.

In plaats van zich te schamen een land achter te laten waarin ouderen niet meer willen leven, verwijt onze VVD-premier die eindverantwoordelijk is voor het gevoerde beleid, politieke tegenstanders die een voor de hand liggend verband zien tussen de rigoureuze bezuinigingen op de ouderenzorg en het plan voor een regeling voor ‘voltooid leven’ van ‘smakeloosheid’ en ‘een laag niveau’. Voor het met deze woorden pareren van een evident verband verdient onze Eerste Minister zonder meer de Al-Sahaf Award, vernoemd naar de Irakese Minister van Informatie onder het regime van Saddam Hussein.





[3] ‘Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op onaantastbaarheid van zijn lichaam.’

[4] zie B.C. van Beers, Commentaar op artikel 11 van de Grondwet, in: E.M.H. Hirsch Ballin en G. Leenknegt (red.), Artikelsgewijs commentaar op de Grondwet, webeditie 2016 (www.Nederlandrechtsstaat.nl).

[5] Bejaardenhuizen werden immers op grote schaal gesloten, men moest maar langer thuis blijven wonen - wat men toch zelf ook zo graag wilde -, op zorg en hulp werd rigoureus bezuinigd, onder verwijzing naar de in de vorige troonrede geïntroduceerde ‘participatiesamenleving’ moest men maar een beroep doen op zijn veelal non-existente ‘eigen netwerk’. De Nederlandse staat is dan ook al verschillende malen over de kwaliteit van de ouderenzorg gekapitteld door mensenrechtenverdragencomités als het CESCR (Committee on Economic, Social and Cultural Rights): http://www.mensenrechtenkwesties.nl/zoeken/detail/1065?zoekUrl=%2fzoeken%2fresultaten%2f1%2f-%2f-%2f-%2f-%2f-%2f-%2f1000000059%2f-%2f-


dinsdag 27 september 2016

Jesse Klaver, maak excuses voor je voorgangers




GroenLinks heeft zich onder Femke Halsema nog bekeerd tot het neoliberalisme. Hoe geloofwaardig kan deze partij nu dan weer kiezen voor ‘klassiek linkse thema’s’?

Louis van Overbeek

GroenLinks onder Jesse Klaver lijkt een koerswijziging te hebben gemaakt. Nadat GroenLinks - een fusie van vier kleine linkse partijen - zich in navolging van vrijwel alle andere politieke partijen onder leiding van de dames Halsema en Sap onder een modieus ‘afschudden van zijn ideologische veren’ had bekeerd tot het (door Klaver inmiddels tot ‘economisme’ omgedoopte) neoliberalisme, verklaart de nieuwe lijsttrekker immers weer te kiezen voor ‘klassiek linkse thema’s’ als de strijd tegen de toenemende ongelijkheid in de samenleving. In die context nodigde hij de Franse econoom Piketty uit in de Tweede Kamer.

Klaver is een jonge, welbespraakte, mediagenieke figuur die veel kiezers aanspreekt. Met zijn aanstekelijke, bijna Obamiaanse, enthousiasme kan hij wellicht mogelijk maken wat in landen in Zuid-Europa (Syriza, Prodemos), in de VS (Bernie Sanders) en in het VK (Jeremy Corbin) ook is gelukt: het met een onvervalst sociaal-democratisch geluid met name jonge, idealistische kiezers een alternatief bieden voor de lokroep van het nationalistische en xenofobe populisme, die ook hier steeds luider wordt, en het neoliberalisme, dat overal de sociale zekerheid heeft uitgekleed. Ook Nederland houdt het al decennia in zijn technocratische greep en heeft het zozeer gedepolitiseerd, dat bijvoorbeeld VVD-premier Rutte bij de van oudsher eerder als links dan als rechts georiënteerd bekend staande VPRO in het programma Zomergasten twee weken voor Prinsjesdag en bij aanvang van de verkiezingsperiode een hele avond campagne mocht voeren.

Maar voordat Klaver deze rol kan gaan spelen is het wel noodzakelijk dat hij eerst een daad van vertrouwen stelt, zonder welke de linkse kiezer moeilijk zal kunnen geloven dat de woorden van de nieuwe lijsttrekker van een partij die kort geleden zelf nog een overtuigde bekeerling van het neoliberalisme bleek te zijn, geen holle frasen zijn en zijn partij werkelijk haar dwalingen heeft ingezien. Klavers recente instemming met het plan van VVD-minister Schippers voor stervenshulp bij een ‘voltooid leven’ (een neoliberale deeloplossing voor de problematiek van de verwaarloosde ouderen) draagt ook al weinig aan dat vertrouwen bij.

In dat kader zou Klaver excuses moeten maken voor op zijn minst twee zaken: ten eerste voor het feit dat zijn partij, en dan vooral op lokaal niveau (denk aan types als de voormalige Amsterdamse GL-wethouder Andrée van Es, maar ook aan bijvoorbeeld GL-senator en oud-voorzitter van Divosa, Tof Thissen), zich - op zelfs nog fanatiekere wijze dan de VVD  - schuldig gemaakt heeft aan het bashen en vernederen van bijstandsgerechtigden door van dezen in ruil voor hun uitkering eerst (onder de Wwb) in zogeheten Work First-trajecten (lees: gedwongen tewerkstellingsplekken) te plaatsen en later (onder de huidige Participatiewet) een tegenprestatie (lees: dwangarbeid) in ruil voor hun uitkering te eisen.

Halsema en VVD-minister Kamp kussen elkaar
Excuses zijn ook op hun plaats voor de woorden van mevrouw Halsema, door wie Klaver zelf in 2010 naar Den Haag werd gehaald, en die het bestond de SP, de enige partij die nog enig oog had voor de economische onderkant van de samenleving, ‘sociaal conservatief’ te noemen, iets dat niet paste bij een moderne, positieve partij als GL en waarmee ze bedoelde: niet bereid de in de naoorlogse jaren moeizaam opgebouwde sociale zekerheid bij het grof vuil te zetten. Een uitspraak die terecht gekwalificeerd is als ‘een minne manier om mededogen te diskwalificeren’.

Pas na diepe en geloofwaardige verontschuldigingen voor zulke grove neoliberale dwalingen door zijn partij zal Klaver zich op overtuigende wijze kunnen kandideren als lijsttrekker van links bij de komende parlementsverkiezingen. Wellicht onder gebruikmaking van een leus die weinig beschaafd van taal is, maar niettemin ontleend aan het vocabulaire van onze huidige premier zelf: Rutte, pleur op!






donderdag 8 september 2016

Recent rapport FNV: Wmo-beleid Zutphen broddelwerk




Het was te verwachten: de gemeente Zutphen die bij de decentralisatie van overheidstaken het aantal uren huishoudelijke hulp in het kader van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) bijna standaard halveerde zonder goede onderbouwing en zonder maatwerk te leveren, handelde hiermee, evenals tal van andere gemeenten, in strijd met de wet. Deze gemeenten zijn hierover dan ook in mei van dit jaar door de hoogste rechter op dit gebied, de Centrale Raad van Beroep (CRvB) en de staatssecretaris op de vingers getikt. De gemeente Zutphen vond niettemin desgevraagd dat haar beleid niet hoefde te worden bijgesteld. Op dit blog werd over dit alles eerder bericht op 26 mei jl.

Als vervolg op deze berispingen is zeer recent (dinsdag 6 september jl.) in opdracht van de FNV door de befaamde jonge jurist Kevin Wevers, onder de titel Onderzoek gemeentelijk Wmo-beleid, een vernietigend rapport gepubliceerd, dat een overzicht bevat van alle gemeenten met betrekking tot de vraag in hoeverre zij bij de toekenning van hun huishoudelijke hulp handelen conform de wet Wmo 2015 en de jurisprudentie.

De bevindingen aangaande de gemeente Zutphen zijn in dit rapport te vinden op pagina 100. Ik citeer:

151. Zutphen:*
Uit de informatie van de website kan worden opgemaakt dat wordt gewerkt met maatwerkvoorzieningen en indiceren in uren.

Een blik op de normtijden uit 2012 maakt duidelijk dat wordt gewerkt met verlaagde normtijden, zonder dat duidelijk is waar de verlaagde normtijden op zijn gebaseerd.

De normtijden wijken af voor zowel het lichte als zware werk en het verschil is vrij fors. Wellicht dat met de inwerkingtreding van de Wmo 2015 een nieuw protocol wordt gehanteerd, maar het lijkt ons uiterst onwaarschijnlijk dat de normtijden sindsdien zijn verhoogd.

Conclusie Zutphen: de verlaagde normtijden zullen waarschijnlijk niet standhouden. Alleen als blijkt dat de nieuwe normtijden tot stand zijn gekomen na goed, objectief onderzoek, uitgevoerd door derden die geen belang hebben bij de uitkomst van het onderzoek hebben, zal het protocol wellicht standhouden. Dit is vooralsnog een onwaarschijnlijke aanname.

Uit het geciteerde rapport blijkt dat maar liefst 77% van alle gemeenten (minstens 77%, sommige gemeenten weigerden botweg de benodigde gegevens te verschaffen aan de onderzoeker) zich bij de uitvoering van de Wmo niet aan de wet houdt. De gemeente Zutphen lijkt over dit wangedrag te denken zoals sommige automobilisten die in de slipstream van hun voorgangers door rood licht rijden: als degene voor mij het doet, kan ik het ook het wel maken.

Zie ook site van Reporter Radio op Radio 1:

http://www.nporadio1.nl/reporter-radio/onderwerpen/374024-reportersnl-70-van-de-gelderse-gemeenten-voldoet-niet-aan-de-wmo




Naast bovengenoemd rapport verscheen op 6 september jl. (dezelfde dag waarop ook her rapport verscheen) op de website van Omroep Gelderland een inventarisatie van het Wmo-beleid van alle Gelderse gemeenten.* Hierin wordt ook de gemeente Zutphen genoemd als een van de gemeenten die hun onwettige beleid niet aanpassen.

In dit bericht wordt ook gewag gemaakt van claimbrieven van de FNV aan de gemeente Zutphen die door haar zijn afgewezen.  Navraag bij Omroep Gelderland naar de precieze inhoud van deze claims en het en de motivering van de afwijzing leverde het volgende resultaat op (vragen Omroep Gelderland en antwoorden gemeente Zutphen):


-Waarom gaat er niets veranderen?
Gemeente Zutphen levert al maatwerk. We kijken naar de klant en indiceren op basis van zijn of haar situatie. Op basis daarvan leveren we uren af. Het huidige beleid van de gemeente Zutphen is dus niet in strijd met de uitspraken van de CrVB en hoeft dus niet te worden aangepast.

-Hoeveel claimbrieven heeft u gekregen van cliënten die via de FNV-actie of een actie van een andere organisatie een brief hebben gestuurd om hun uren terug te krijgen?
Dat heb ik niet helemaal scherp, maar een stuk of 5 à 10 zijn binnengekomen. In de brief wordt de gemeente verzocht om op basis van uitspraken van de CRvB de indicatie huishoudelijke hulp te verhogen. Daarnaast wordt gevraagd om een schadevergoeding.

-Wat is het antwoord dat de cliënten hebben gekregen of gaan krijgen?
De cliënten hebben een reactie ontvangen in de lijn met het bovenstaande. Omdat het huidige beleid van de gemeente Zutphen niet in strijd is met de uitspraken van de CrVB, hoeft deze niet te worden aangepast. 
 


http://www.omroepgelderland.nl/nieuws/2116147/Hoe-zit-het-met-de-huishoudelijke-hulp-in-uw-gemeente-